Een Hollandse rector die zijn Groningse leerlingen leerde kennen

Terug in de tijdlijn Vooruit in de tijdlijn

Rector Taal werd als Michiel Anne Taal geboren op 24 november 1908 in Krimpen aan de Lek. Hij woonde achtereenvolgens in zijn geboorteplaats, Bruinisse, Den Haag,  Apeldoorn, Stadskanaal en Alphen aan de Rijn.

Na zijn hbs-opleiding in Den Haag volgde hij een cursus handelscorrespondentie en begon te werken voor Shell. Al snel werd duidelijk dat zijn ambitie daar niet lag. In Leiden volbracht hij zijn opleiding wis- en natuurkunde. Na zijn doctoraal werd hij leraar in Apeldoorn aan de koninklijke hbs. In 1946 ging hij naar Stadsanaal en werd directeur van de christelijke hbs, twee jaar later rector van het nieuwe christelijk lyceum. In 1955 werd hij rector van het christelijk lyceum te Alphen aan de Rijn. Hier bleef hij tot zijn pensioen in 1973.

Zijn oudste dochter Mieke verhaalt van de tijd in Stadskanaal als een prettige tijd. ‘Voor mijn ouders was de verhuizing een heel grote overgang. Gelukkig waren er veel lieve mensen die ze in de beginperiode hielpen. Veel herinnering aan details heb ik niet, ik was 4 toen we verhuisden.’

Komend vanaf Apeldoorn, was het voor het gehele gezin wennen aan de nieuwe omgeving: ‘De taal was een probleem. Als kinderen moesten we op straat Gronings dialect spreken en thuis Nederlands. Dat gooiden we natuurlijk door elkaar. De mensen vonden dat wij hoge Hollanders waren en accepteerden ons niet echt. Dit gevoel was waarschijnlijk wederzijds.’

Het verbaast niet dat de school een grote rol speelde in het gezin. Het talent van elk gezinslid werd ingezet voor ‘de goede zaak’. ‘Een meisje weigerde om eindexamen te gaan doen. Mijn vader kon dit niet accepteren, zij was een goede leerling. Mijn moeder is toen naar Gasselte gefietst om haar om te praten en mee te nemen naar het examen. Het hele plan werd een groot succes,’ herinnert Mieke zich.

Wanneer er familie of vrienden naar het noorden reisden, was het praktisch onmogelijk om in een dag heen en weer te reizen. Bijna niemand had een auto in die tijd, je was afhankelijk van het openbaar vervoer. Het huis stond altijd open voor logées of eters. Dat maakt ook de volgende anekdote duidelijk:

‘Een jongen uit de eerste klas reed met zijn fiets de molenwiek in, een smerige sloot tussen de school en ons huis. Wat te doen met deze vieze natte jongen die naar Wildervank moest. Hij ging bij ons in bad, wat wij als kinderen zeer gênant vonden. Met geleende spullen vervolgde hij zijn weg.’

Volgens Mieke was de realisatie van de gymnasiumafdeling in 1947 de grootste uitdaging voor haar vader. Om het gymnasium beter te kunnen begrijpen, besloot Taal zelfs om een aantal jaar Grieks en Latijn te volgen.

Zijn ijver om alles in het werk te zetten om de school een succes te maken, blijkt misschien nog wel het meest uit de volgende anekdote: ‘In een winter met een griepepidemie, waardoor ook de conciërges waren  getroffen, stookte mijn vader de kolenkachel van de CV in de school.  Als een soort mijnwerker kwam hij thuis. Als kinderen vonden we dit heel spannend.’

Rector Taal ‘sprak altijd met veel waardering over de samenwerking met bestuur, collega’s en ondersteunend personeel.’ Hij wist de hbs en later het lyceum in acht jaar tijd vanuit een roerige na-oorlogse tijd op weg naar stabiliteit en groei te helpen.  

Heeft u aanvullende informatie?

Deze website is altijd in ontwikkeling en nooit volledig. Kunt u dus meer vertellen over een foto of een fotoserie? Heeft u zelf beeldmateriaal beschikbaar dat u met ons wilt delen? Geef graag via onderstaand formulier uw informatie door!

Gaat het om één specifieke foto, omschrijf dan over welke foto het gaat. Vul ook uw contactgegevens in, zodat wij u kunnen benaderen bij aanvullende vragen. Alleen als u bij 'naamsvermelding' een vinkje zet voor toestemming, zullen wij eventueel uw naam vermelden in de presentatie. 

Heeft u beeldmateriaal, laat dit dan bij 'toelichting' weten zodat wij contact met u op kunnen nemen. 

× U heeft niet alle velden correct ingevoerd.